Dagboek henny van Oosterhout deel 2 "Aanval op Semarang-Kalibanteng.  aug '46"

 
zondag 4 Augustus 1946.
Ik werd vannacht om 3.00 uur wakker door een hele kanonnade van de artillerie. Dat duurde tot 8.00 uur. 
Wij moesten ons klaarmaken voor actie. Zelfs hier op onze legeringplaats, in school op de Bodjong, hoor je mitrailleurs en wij maar afwachten!! Op het vliegveld zijn al 2 pelotons van de 2e compagnie.
Het is 11.00 uur en we moeten nog steeds wachten. Het vliegveld waar onze compie gedetacheerd is, is vannacht aangevallen. De kanonnen op Tjandi bulderen nog steeds. 
De 2e compie heeft de 1e zware slag  gekregen. Twee man van ons gesneuveld. Soldaat Norbart uit Made en de nieuwe sergeant van het 1e peloton. Verder hebben we verscheidene gewonden. Wij moeten wachten en kunnen onze kameraden niet helpen.  
Er komt juist bericht binnen dat onze Mitchel-bommenwerper is neergestort en is verbrand. Men hoorde de mitrailleurs nog van het vliegtuig voordat het neerstortte. De bemanning is vermoedelijk dood. 
Die extremisten zijn nog wat van plan en wij worden rusteloos van het wachten. Wie had dat gedacht gisteravond, dat ze op de stad een aanval zouden doen.
Het is 12.00 uur en de artillerie schiet nog steeds. Volgens nieuwe berichten zijn de bemanningsleden van de Mitchell, 6 man, omgekomen in het brandende toestel. Norbart leefde nog. Misschien dat hij er  doorheen komt.
De hele stad Semarang is aangevallen. In de sectoren van 13 R.I. ,1R.S., 7R.I. en 6 R.I., waarvan de 2e compie het zwaarste had.
Om 13.00 uur hebben we met 1 sectie 3 kisten rantsoenen naar het front gebracht. Er kwamen veel vluchtelingen door en daar waren ook gewonden bij. Toen die mensen uit de kampong waren, werd een aanval ondernomen door ± 200 zwaar bewapende extremisten. De aanval op het vliegveld was 12.00 uur afgeslagen en er werd nu opruiming gehouden. 
Om 18.00 uur kwamen de troepen weer in de stad terug. Normaal is het erg druk op straat, maar nu zag je geen burgers op straat. Alles is geconsigneerd en alles is rustig.
maandag 5 augustus "46.
Vannacht hebben we patrouille gehad. Geen bijzonderheden. De artillerie was weer aan het bulderen. Wij moesten de munitie van de 2e compie inladen op de trucks. We hebben niet veel meer te doen vandaag. Morgen vertrekt ons peloton weer om zich weer bij de compie te voegen zodat de 2e compie weer compleet is.
Om 19.30 hebben we een verkenningspatrouille gemaakt naar de kampong voor het kruispunt. 
We kwamen nog langs de neergestorte Mitchell.  Die lag totaal uitgebrand midden op de weg. Gisteren leefde de bemanning  nog. Dan zie je hoe betrekkelijk het  leven is. Arme jongens!!! Het vliegtuig is bij het neerkomen tegen de bomen gevlogen. Die waren nog aan het  branden. Het leken wel grote fakkels die branden ter ere van de zes helden die daar de dood vonden. Ofschoon  ze wisten dat ze een kleine kans hadden, want de machine was al aangeschoten toen ze weer opstegen.  De benzineleiding was geraakt. Dat ze rusten in vrede. Op onze patrouille geen tegenstanders gezien.
dinsdag 6 augustus 1946.
Vanmorgen om 9.00 uur vertrokken we met ons peloton met de trucks naar het vliegveld om ons weer te voegen  bij onze compie. 
We konden gelijk weer op wacht. De andere 2 pelotons hadden in vier dagen geen  nachtrust gehad. Tot
morgenavond op wacht tot 18.00 uur. 36 uur achter elkaar en vannacht van 18.00 uur  tot 6.00 uur, 12 uur zonder aflossing in de stelling met het hele peloton.

woensdag 7 augustus 1946.
Bah, wat duurt zo'n wacht van 12 uur lang. En dan die slaap!! Wietse en ik hadden in onze stelling een bak met  water klaar gezet, zodat we ons gezicht en ogen konden natmaken als de slaap ons te machtig zou worden. Onze stellingen waren locomotieven met kolenwagens die met zandzakken versterkt waren. De halve nacht was het volle maan, maar om 03.00 uur werd het donker. Je ogen deden pijn van het turen in het donker. Een keer was
ik aan het knikkerbollen, maar Wietse maakte me wakker. Daarna heb ik Wietse anderhalf uur laten dutten. 
Om 04.00 uur groot alarm. De hele compie in de stellingen rond het vliegveld tot 6.30 uur.
Daarna inrukken op de wachtposten, eten en konden we 2 uur rusten. 
Krijgsgevangenen moesten nieuwe stellingen maken om nieuwe aanvallen onmogelijk te maken. We hebben  er twee zware Vicker mitrailleurs bij gekregen. Ik ga nu slapen, want ik val om. Maf ze.
Donderdag 8 Augustus'46.
Om 6.30 uur reveille. Daarna weer aan de verdedigingsstellingen verder gewerkt en verstevigd.
We kregen hulp van de krijgsgevangenen. Nu werkten ze goed mee. En daar lopen hun TRI- kameraden met hun "Merdeka" gebrul op.  De stelling van Wietse en mij is nu stevig genoeg. Verstevigd met ijzeren bielsen en hebben de stellingen   onderling verbonden met loopgraven.  Vanavond moeten we op patrouille. We waren juist het vliegveld aan
het verlaten toen we weer teruggeroepen werden.  We moesten gelijk de stellingen in. Er werd een aanval verwacht. Half een vannacht geschoten in de buurt van het witte huis. Later op de nacht konden we inrukken. Alles is rustig gebleven.

Vrijdag 9 augustus '46.
Vanmorgen wat geslapen in onze tent. Vanavond om 18.00 uur op wacht. Er ligt op de rede van Semarang een torpedojager die opende vanavond kanonvuur op de stellingen van TRI. Iedere keer een salvo van 2 stuks van  zware inslagen. Van de eerste granaten dat het schip afvuurde, schrokken wij, want zulke zware inslagen hadden
we nog niet gehoord. Er zijn ook weer landmijnen ontploft voor onze stellingen. Vermoedelijk zijn die door een dier afgegaan of wat dan ook. Er zijn nog wat lichtkogels afgeschoten. Verder alles rustig verlopen.
zaterdag 10 augustus '46.
We hoeven vandaag niet op wacht. Wel aan de bunkerstelling gewerkt. Een stel krijgsgevangenen hebben  50 spoorbielsen opgehaald en daarmee hebben we een degelijke bunker gebouwd. Dat kostte veel zweet. We zien  er vuil en verloederd uit enkel in ons korte broekje. De rest van het peloton is aan het graven aan  verschillende versterkingen. Ik heb me de hele week nog niet geschoren, geen tijd. De hele week pas 1 nacht geslapen. Hopelijk kunnen we vannacht slapen als er geen alarm stelling is. Het is nu 19.00 uur. Ik ga vroeg  naar mijn krib.  Heerlijk slapen. Hopelijk krijgen we een rustige nacht. 
Maf ze! 

zondag 11 augustus'46
En ja hoor om 4.00 uur alarmstelling!!!! We werden gewekt door een helse kanonnade.  Er klonken schoten van zware en lichte mitrailleurs.  Wij verwachten in onze bunker nu ieder ogenblik een aanval op het vliegveld.  Maar het viel mee. 
Om 07.00 uur konden we de alarmstelling verlaten. Het is te laat om nog naar bed te gaan  en te slapen. Ik moet nog 6 brieven schrijven. Ik heb ook zo weinig tijd en heb nog  zo'n slaap. Mijn ogen vallendicht. En het is pas 9.00 uur in de morgen.  Het schieten houdt nog steeds aan rond de stad. Ik ga slapen.  
Om 12.00 uur vanmiddag wakker geworden  en de brieven beantwoord. Ik loop nog steeds rond met een baard  van 9 dagen. De meeste lopen hier trouwens met een baard rond. Vanavond weer een paar uur in de alarmstelling gezeten. Het scheepsgeschut buldert nu ook weer. De TRI heeft weer een grote aanval gedaan op de T-Brigade.
De 1e compie heeft ook een zware dag in hun sector. 1 Dode en 2 zwaar gewonden, maar de verliezen van de tegenstander zijn groot. Veel gesneuvelden van TRI.Het legeringbivak van 13 R.I is ook aangevallen op de Gombel , maar daar is vijand ook met zware verliezen teruggeslagen en heeft veel doden achter moeten laten.
maandag 12 augustus'46
Om 02.00 vannacht met ons peloton op verkenningpatrouille naar het kruispunt, maar we zagen niets.
We waren om 8.00 uur weer terug. De artillerie was weer aan het schieten en rond de stad hoorden we mitrailleur- en geweervuur. Er is ook een grote actie van de gezamenlijke compagnieën van verschillende bataljons. 
Het is de laatste weken zwaar voor alle soldaten van de hele brigade. Het ene gevecht na het ander, maar ja, als het moet, dan moet je. 
Vanavond om 18.00 uur op wacht, maar alles is rustig verlopen in onze sector.  Had wel veel slaap, maar heb samen met Wietse in het gezelschap van de muskieten, die je niet met rust laten, het 12 uur in onze bunker volgehouden. We losten elkaar om de twee uur af met rust (slapen).

dinsdag 13 augustus '46
Na de wacht veel geslapen en gerust, daarna aan de stellingen gewerkt. Vannacht weer een bombardement op vijandelijke stellingen Zo ging de nacht voorbij.
Donderdag 15 Augustus '46( Maria Hemelvaartdag)
Werd vannacht wakker om 02.00 uur door zware explosie. Ik meende eerst dat het onze artillerie was, maar het  bleken mortierinslagen te zijn. De jongens in de tent kleden zich in het donker aan. Geweer,  handgranaten en
munitie mee en naar onze bunker gerend. Overal uit de tenten rennende jongens naar hun  eigen stellingen .Ondertussen sloegen de mortiergranaten op ± 200 meter links van ons in de sawah's.
De heren schoten slecht, een geluk voor ons. Voor onze prikkeldraadversperring sprongen door ons gelegde  mijnen en boobytraps gingen af. Plotseling gingen er lichtfakkels aan. Alles was helder verlicht. Nu waren we
direct schietklaar. 
Er klonken overal schoten van brens,  zware mortieren en geweervuur. De 2 inch mortieren  schoten nog meer lichtfakkels af. Wietse zag iets in het voorterrein op 50 meter afstand  en gaf een salvo met  de bren. Het lege magazijn gelijk gevuld. Penning gaf spervuur met zijn Vicker af samen  met zijn helper Job. Na een half uur werd het rustig. Toen werd het dag. In onze bunker waren verschillende treffers in de  borstwering. 
Om 8.00 uur werden we afgelost door wachtpeloton. Wij moesten het voorterrein controleren. Met de 1e sectie over de spoorbaan. Op 200 meter van de prikkeldraadversperring zag de 1e verkenner  ( Penning en Job) 2 mannen liggen in het gras en struiken.  Ze schoten erop. Een helm vloog door de lucht. De bren opgesteld en nog een salvo op hen. 10 meter van  die twee,  lagen nog er nog een paar en die lagen ook stil. 
Langs de berm van de spoorbaan lagen er nog  een paar met grote gaten in hun lichaam. Die waren vannacht  al getroffen toen ze op de landmijnen terecht waren gekomen. En er lag er nog een dood op een draagbaar. Die langs de spoorweg hadden kaarten van onze stellingen rond het vliegveld  in hun tas. Bij die andere  doden durfden we niet, want die lagen nog tussen de overige mijnen. We moesten op de pioniers wachten.  Die wisten waar de mijnen lagen. De tolk ging ook mee. Bij de dode TRI-ers lagen een Japans mitrailleur,  een machine karabijn, Japanse geweren en handgranaten. 
Toen zagen we er nog een liggen. Hij bewoog.  Hij moest opstaan. Hij had geen verwondingen, wat een raadsel voor ons was. Zijn kameraden waren wel gesneuveld. Hij had nog een handgranaat bij zich. Met de handen omhoog kwam hij de spoordijk op.  Kuipers moest hem wegbrengen naar de doorlaatpost op 50 meter afstand. Hij wilde niet mee en Kuipers  porde de loop van zijn geweer in de rug en grendelde zijn geweer. Of de man toen bang is geworden dat hij  neergeschoten zou worden, in  ieder geval rende de gevangene ineens weg, het mijnenveld in voor onze  versperring. Nu kreeg hij van alle kanten vuur. Acht schoten in zijn lichaam en op slag dood. Arme kloot.  Als hij rustig was meegegaan, leefde hij nu nog. We hadden hem kunnen verhoren door hem uit te vragen. Toen we op het vliegveld terug waren met de gesneuvelden en de wapens, konden wij vertrekken naar de  Boeloebrug en de wacht op de spoorbrug. Onze nieuwe sector. Er is daar nu ook een telefoonleiding voor  beter contact met de Boeloe-gevangenis waar wij gedetacheerd zijn.

Vrijdag 16 Aug.'46 BOELOEBRUG.
Vannacht is de artillerie weer flink bezig geweest. Het ene salvo na het andere. We konden vanuit onze post  de mondingvlammen zien. De stukken schieten vanaf Tjandi. Die dan alles even verlichten.  Het is volle maan  en erg koud. Ik ga slapen in de tent en heb 4 uur rust. Vanmorgen om 6.00 uur naar de legering gegaan en daar gegeten. Ik heb de wacht van 08.00-10.00 uur op de brug. 
Voor me zie ik de inheemse boeren( Tani's) in de natte sawah's werken. Tot de kuiten staan die mannen in het water. De rijst is nog jong. Wietse, mijn slapie, kreeg vandaag een brief van zijn meisje en gelijk de bons! Hij is er kapot van. Die arme kerel.

Zaterdag 17 aug'46
Vandaag niet veel uitgevoerd. Vanmiddag heb ik een zwembroekje gemaakt van een oude kakibroek. 
Het is een jaar  geleden dat Japan heeft gecapituleerd en het eenjarig bestaan van de republiek "Indonesia". Bersiapperiode en  moordpartijen op de Europese en Indische bevolking.
Vanavond weer wacht op de brug. Er wordt weer een aanval verwacht van de TRI. 
Om 19.00 waren ze weer aan het schieten met mortieren. Alles weer in de alarmstelling. Om 20.00 uur alles  weer  veilig. Ik heb nog met Wietse gesproken en hem wat moed ingesproken. Hij wil het meisje niet opgeven.  Hij wacht nog op antwoord. Het valt ook niet mee! Soldaat van Laar hebben ze terug gevonden. Met al zijn wapens. Hij is direct begraven op het voor ons nieuwe  kerkhof.
Vanavond is het scheepsgeschut nog in actie geweest. De "Kortenaer" en de "Bankert" zijn afgelost door  de "Piet Hein"en de "Jan van Galen". Die maken net zoveel kabaal als die vorige oorlogsschepen.
Zondag 25 Aug.'46 BEZOEK NAAR DE "JAN VAN GALEN" torpedobootjager.
Sergeant Bouman zei dat er twee man met Fre Jansen mee konden op excursie op de torpedoboot van de marine die op de  ree lag. Dat was een kolfje naar onze hand. Op het N.I.S.-gebouw met 10 man in de truck  gestapt en reden naar de  haven. Daar was het ook druk. Van ieder onderdeel 30 man voor de "Piet Hein"  en 30 man voor de "Jan van Galen" 
Om 9.00 uur kwamen er twee sloepen. We stapten erin en full speed de haven uit. Voor op de boeg stond een  mitrailleur. We waren juist buiten de havenpier, toen de sloep begon te deinen. De jongens die vooraan zaten,werden drijfnat. 
Het grote hospitaalschip de "Oranje" lag ook op de rede van Semarang en werd gelost van zijn materiaal.
Na een half uur varen met de sloep kwamen aan de valreep bij de "Jan van Galen" aan. Voor een marineschip  was het een grote boot. We werden met de 10 passagiers meegenomen naar de verblijfplaatsen van de  bemanning. Het zag er knus en gezellig uit. Wel wat bekrompen. De hangmatten waren opgeborgen. We werden verwelkomd door de Jantjes, die als gastheren fungeerden. We kregen er koffie en ware al spoedig  in gesprek. Er waren een paar matrozen die vertelden hun belevenissen over Australië. Ze vroegen of er ook  Limburgers bij ons waren. Nu, wij konden vertellen dat wij dat waren. Toen was het ijs gebroken.   
Om 12.00 uur schaften. Nu, dat smaakte ons. Dat waren echte aardappelen en groenten met konijnenvlees.  Nu, dat smaakte ons. Dat was lang geleden dat we zo lekker gegeten hadden. De Jantjes waren ons maar  aan het opscheppen en wij moesten alles opeten. In geen tijden hebben we zo lekker gegeten. 's Middags werd de boot bezichtigd. De machinekamer, de kanonnen en luchtartillerie die elektrisch bediend  worden. We hebben achter de stukken gezeten. Die konden we bedienen en richten. Ook de radar bekeken.  Het was erg interessant.
De scheepsbel van de op 10 mei 1940 in Rotterdam gebombardeerde en gezonken "Jan van Galen". De scheepsbel was overgegaan naar de nieuwe naoorlogse "Jan van Galen", waar we nu op waren. We hebben een fijne en plezierige zondag  gehad. 
Om 15.00 uur vertrokken we weer naar de wal en om 16.00 uur waren we in Semarang in de Tijgerclub. 
Ben nog naar mijn slapie Wietse geweest en hem bezocht in het Juliana hospitaal. Hij maakt het goed en wordt  door de zusters verwend.  Ik moest om 18.00 uur op wacht.

                                                                                                                                   
                                                                                                                            Henny van Oosterhout
                                                                                                            ten velde 2e peloton-2compie 6 RI

                    terug naar verhalen    /  terug naar indexlijst