Roermond 1 september 2012 

Toespraak van de minister van Defensie Hans Hillen, ter gelegenheid van de 
25e nationale jaarlijkse herdenking bij het Nationaal Indië-monument 1945-1962 op 1 september 2012
 
 

 
Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Willem-Alexander, Ridders Militaire Willemsorde, Excellenties, veteranen en nabestaanden van de omgekomen militairen, dames en heren, jongens en meisjes,
 
Vierenzestig jaar geleden, op maandag 26 oktober, schreef de dienstplichtige militair Barend van Houwelingen het volgende in zijn dagboek:
 
Vandaag is het twee jaar geleden dat we voet aan land hebben gezet in Indonesië. De algemene gedachte was dat we omstreeks deze tijd op de boot terug naar huis, of al wel thuis zouden zijn. Het is dus hard tegengevallen. We hadden zo gehoopt op anderhalf jaar en dan terug naar huis. Nu is het twee jaar en er is nog geen kijk op wanneer we naar huis zullen gaan.  
Hitte, modder, zweet en tranen. Beschoten worden, doden en gewonden om je heen. Slecht en te weinig eten. Soms ook geen schoeisel of kleding.  
Te weinig materieel en wat we hebben is in slechte staat. Als je ergens om vraagt, dan is het stopwoord: 'is er niet!'.  
Vorig jaar publiceerde Van Houwelingen zijn dagboek. Dit is zijn verhaal.  
Net als u allen een verhaal heeft.
 
Het zijn verhalen over de acties in Nederlands-Indië en Nieuw- Guinea. Het zijn herinneringen aan de gevallenen die daar op de erevelden achterbleven. Op deze dag, geven wij uw verhalen en herinneringen door. Opdat Nederland de offers die u heeft gebracht, niet vergeet…  
…opdat zij, die het hoogste offer brachten, blijvend herinnerd worden. Ik denk aan het verhaal van veteraan Hans van Dijk, nu negentig jaar en vandaag hier aanwezig. Veteraan van Dijk,
 
U vertrok in 1945 naar Nederlands-Indië als kwartiermaker voor het Eerste Gezagsbataljon. Daar aangekomen liep u vele patrouilles op Semarang.  
Iedere keer weer sneuvelden collega’s. Iedere keer weer vielen er gewonden.
Tijdens het afslaan van een grote aanval werd het u teveel. Op slechts een paar meter afstand, sneuvelden vier kameraden.  
U liep een zware shock op, en zonk ineen. Nu, zoveel jaar later, droomt u er nog steeds over. Steeds vaker.
Dan bent u weer op patrouille.  U raakt in gevecht, en denkt aan de dood. Tot het moment dat uw vrouw u liefdevol wakker schudt.  
Nu doet zij dat niet meer, want vorig jaar is zij van u heengegaan.  
Nu moet u, zoals u het zelf zei, uzelf wakker vechten uit de nachtmerries.  
Veteraan van Dijk, ik wens u sterkte en ik dank u voor uw inzet voor Nederland.
 
 
Onder ons is ook de 70-jarige marinier en Nieuw-Guinea veteraan Wim Elgers. Ook hij staat hier met zijn eigen verhaal.
 
Veteraan Elgers,
 
Op 19-jarige leeftijd vertrok u vrijwillig naar Nieuw-Guinea om daar deel uit te maken van het Verkenningen- en inlichtingenpeloton.  
Wekenlang liepen u en uw kameraden door de dichtbegroeide jungle, op zoek naar Indonesische infiltranten. Wekenlang leverde u achter elkaar strijd op leven en dood. Op een dag kwam er weer een melding binnen over infiltranten U en uw peloton stuitten op een hinderlaag van 15 Indonesische commando’s. Peter Mannie, uw maatje, liep voorop, en werd geraakt. Hij sneuvelde.
Het was de dag vóór het ondertekenen van het vredesakkoord…  
Terug in Nederland bleek hoezeer de periode van uitzending en de gevechtsacties u hadden getekend voor het leven.U kreeg last van nachtmerries.  
Slapen ging niet meer. Zeven jaar geleden werd u getroffen door een beroerte. De oorzaak: een verlate chronische posttraumatische stresstoornis.
Veteraan Elgers, ik wens u sterkte en ik dank u voor uw inzet voor Nederland.
 
Dit zijn twee verhalen, gekozen uit duizenden andere verhalen. Het zijn verhalen over lijden, sterven en zinloze wreedheden.
Maar ook verhalen over moed, unieke kameraadschappen, prachtige ongerepte eilanden en hechte banden met de lokale bevolking.
 
Veteranen,  
U ging in de context van uw tijd. Een tijd waarin Nederland en Nederlands-Indië na eeuwenlange verbondenheid uit elkaar gingen.
Dat was pijnlijk. Heel pijnlijk.  
Op de strijd om onafhankelijkheid meteen na de Japanse bezetting was Nederland in geen enkel opzicht voorbereid. Noch maatschappelijk, noch politiek, noch bestuurlijk, noch militair.  
Heel veel vertrouwen is in die tijd geschokt, bij alle betrokkenen. Heel veel verdriet is er geleden.  Het geweld maakte het scheiden extra pijnlijk.
 
Bersiap is voor de meeste Nederlanders een onbekend woord.   Voor zij die daar waren is het een gruwelijke herinnering.  
Het was de gesel van de guerrilla en de terreur, die niets ontziend over het land trok en vriend en vijand bloedig trof.  
De Nederlandse inspanningen om het gezag te herstellen faalden, omdat de bladzijde van de koloniale geschiedenis inmiddels was omgeslagen.
Nederland en Indonesië scheidden van elkaar in een sfeer van verwijt en onbegrip.Wij dragen tot op vandaag die herinnering bij ons.  
We weten er moeilijk raad mee. Spijt en zelfverwijt zijn daarbij veel getoonde emoties.
 
Nederland zocht en zoekt met zichzelf in het reine te komen, door extra kritisch naar zijn eigen rol te kijken. De vraag is of dat helpt.  
Voor u weegt die herinnering nog zwaarder, omdat u amper erkenning kreeg voor de vele en moedige inspanningen die u en uw gesneuvelde kameraden hebben verricht.  
De opgestoken duim die u verdiende werd zo vaak een neergetrokken mondhoek. Ook anderen worstelen nog steeds met de gebeurtenissen in die jaren.  Ik noem de vele Zuid Molukkers die erop hadden vertrouwd dat ze met steun van Nederland een eigen republiek zouden hebben.  
De geschiedenis besliste anders.
 
Er zou nog een tweede hoofdstuk komen van de scheiding, Nieuw Guinea.
Dit jaar is het vijftig jaar geleden dat Nederland het gezag over Nederlands Nieuw Guinea overdroeg. Het waren tijden van geweld.  
Ook toen sneuvelden Nederlandse militairen. Ook toen was er de kater. Het gevoel de Papoea’s in de steek te hebben gelaten. De lauwe reacties bij thuiskomst.
 
Koninklijke Hoogheid, dames en heren,  
Concluderend zou ik over dit alles het volgende willen zeggen:  
Ten eerste dank ik alle Nederlandse militairen van toen 19 en hun gezinnen, voor de grote en moedige inspanningen die zijn geleverd.
U bent gegaan op bevel van de regering en u heeft gedaan wat u werd opgedragen.  
Nederland kan trots zijn op zijn militairen, toen en nu, die gaan als zij worden gezonden en die bereid zijn met al hun inzet de belangen te dienen van ons Koninkrijk. Of het nou in Indië was, of Nieuw Guinea…  Korea, Libanon of Cambodja……Irak of de Balkan,…… Afghanistan of Afrika.  
 
Ik wil ook nog iets zeggen over de verhouding met Indonesië.  
Inmiddels liggen al die gebeurtenissen ver achter ons.  In de relatie tussen Nederland en Indonesië begint weer warmte te komen.
Indonesië heeft zich ontwikkeld tot een belangrijke democratie…… in een sterk opkomend deel van de wereld.
Het neemt verantwoordelijkheid in een spannende regio, waar grote belangen op het spel staan. De Nederlandse regering is onder de indruk van de prestaties van Indonesië. In onze eeuwenlange gemeenschappelijke geschiedenis zijn heel veel goede dingen gebeurd.  
Misschien dat deze mee kunnen bouwen aan een fundament van hernieuwde vriendschap tussen twee landen die op de wereldbol ver van elkaar liggen, maar die door de geschiedenis onlosmakelijk verbonden zijn en veel voor elkaar kunnen betekenen.
Nieuwe vriendschap begint niet met nog eens te onderzoeken wat er allemaal mis kan zijn gegaan. Onze relatie is gebaat bij wederzijdse waardering, bij het zoeken naar wat bindt.  Idealen van vrede, welzijn en veiligheid kunnen wij gemeenschappelijk hebben.  
Geen verwijten over en weer. Niet elkaar de maat nemen, maar samen een agenda voeren waar onze bevolkingen en de wereld om ons heen mee zijn gebaat.
 
Vandaag herdenken wij toen. Vandaag kijken we ook naar morgen.  
Laat het een gemeenschappelijk morgen zijn.
 
Aanwezige veteranen, U heeft toen enorme inzet getoond, maar ook daarna. Mede dankzij uw strijd voor erkenning en waardering zijn de fundamenten gelegd voor het huidige veteranenbeleid. De Nederlandse zorg voor veteranen in en buiten dienst behoort nu tot de beste ter wereld.
Daar is ook de nieuwe generatie u dankbaar voor. Dankzij uw strijd voor erkenning en waardering is deze bijzondere gedenkplaats tot stand gekomen.
Het Indië Monument, hier in Roermond. Uw initiatief krijgt vandaag een bijzondere bekroning.  
Want vandaag, op de 25e verjaardag van dit kostbare monument, zal Zijne Koninklijke Hoogheid de Prins van Oranje hier een krans leggen.  
Koninklijke Hoogheid, Met uw aanwezigheid op deze dag, in het park van de duizenden namen, steekt u onze veteranen een hart onder de riem.
 Uw komst onderstreept de grote erkenning en waardering voor onze veteranen.  
Ik dank u daarvoor.
 
Koninklijke Hoogheid, dames en heren,  
Vandaag staan we nadrukkelijk stil bij de verhalen van onze veteranen en van hen die ginds achterbleven.
 Zij hebben naar eer en geweten het vaderland gediend.. …en politieke besluiten uitgevoerd……zij verdienen onze steun en respect.  
Daarom salueer ik voor u, veteranen.
 
Dienstplichtig en beroeps.
Vol overgave en plichtsbetrachting heeft u maximale inzet getoond...... binnen een amper uitgewerkte en onderbouwde opdracht. Ik salueer ook voor hen die blijvend gewond daar vandaan kwamen...... en natuurlijk voor hen...... die de inzet voor het Koninkrijk der Nederlanden…… hebben betaald met hun leven.
 
Ik dank u.